4 vroege lessen in zwaartekracht

Hij laat iets vallen, jij geeft het terug. Hij laat het weer vallen, jij geeft het weer terug. Peuters vinden niets zo interessant als experimenteren met zwaartekracht. Als een van de basislessen in oorzaak en gevolg verklaart zwaartekracht waarom iets valt, en waarom sommige dingen sneller vallen dan andere dingen.

Een paar leuke experimenten met zwaartekracht voor je kleine verkenner:

Glijden en rollen

Begin met een helling, bijvoorbeeld een glijbaan in het park of een stuk stevig karton tegen de rand van de bank. Geef je peuter voorwerpen om naar beneden te laten glijden of rollen, zoals de tegenovergestelde ballen, proppen papier, een houten autootje, en zelfs voorwerpen die helemaal niet glijden, zoals een banaan. Zeg tegen je peuter: “nu gaan we kijken wat het snelste glijdt (of rolt)!”

Sommige dingen vallen sneller dan andere dingen

Houd je peuter vast terwijl je staat en geef hem voorwerpen om één voor één te laten vallen: een opgeblazen ballon, een vel papier, een verfrommelde prop papier, een krijtje, een handje pompons, of andere voorwerpen die makkelijk weer op te pakken zijn. Leg uit dat sommige voorwerpen sneller vallen dan andere. Bereid je er maar vast op voor: je peuter gaat dit keer op keer willen doen!

In de lucht

Gooi buiten of in een grote kamer een zachte bal in de lucht. Kijk samen hoe de bal valt, en zeg “eerst gaat de bal omhoog, dan naar beneden”. Als je buiten bent, kun je ook een bakje vullen met water en het water in de lucht gooien om je peuter te laten zien welk effect zwaartekracht op vloeistoffen heeft.

Wasknijperwerpen

Werp samen wasknijpers in een grote kom, emmer, of wasmand en experimenteer met verschillende afstanden. Oefen eerst met wasknijpers laten vallen voordat jullie overstappen op gooien, en zorg dat het doel dichtbij genoeg staat en groot genoeg is om te kunnen raken.

In this post