13 - 15 maanden

De do’s en don’ts van ‘nee’ zeggen 😉

Wanneer je tegen je peuter zegt: “voorzichtig, niet knoeien!”, breng je hem misschien juist op het idee om te knoeien. Waarschijnlijk is “knoeien!” het enige wat hij gehoord heeft.

Waarom het belangrijk is om minder vaak ‘nee’ te zeggen:

De woorden ‘nee’, ‘niet doen’ en ‘mag niet’ gebruik je als ouder van een peuter waarschijnlijk dagelijks instinctief, maar wist je dat je nog steeds duidelijke grenzen kunt stellen zonder deze woorden continu te gebruiken? Het doel van minder vaak ‘nee’ zeggen is om je peuter af te leiden van iets wat je niet wil dat hij doet, naar iets wat je wel wil.

Zo zeg je minder vaak ‘nee’ tegen je peuter:

Gebruik positieve woorden

Wanneer je positieve woorden gebruikt, leert je peuter problemen oplossen en kritisch denken. Hij kan zich nu richten op alle mogelijkheden van wat hij wel kan doen, in plaats van op wat hij niet mag doen.

Verander je woordkeuze

In plaats van “voorzichtig, niet knoeien!” kun je bijvoorbeeld zeggen: “wat goed dat je twee handen gebruikt om de melk in je beker te houden”.

Omschrijf wat je wil

Uit onderzoek is gebleken dat wij als volwassenen maar gedeeltelijk naar zinnen luisteren, en peuters horen zelfs nóg minder. Door het gedrag te beschrijven dat je wel wil zien, hoef je niet te benoemen welk gedrag je juist niet wil zien. Laat je peuter zoveel mogelijk zien wat je wil dat hij doet: “zo kun je de hond zachtjes aaien” (in plaats van aan zijn staart trekken), of “zo kun je de blokken opstapelen” (in plaats van ermee gooien).

Laat je kind niet immuun worden

Als je te vaak ‘nee’ zegt, kan het woord de betekenis kwijtraken voor je peuter. Met andere woorden, dan wordt hij er immuun voor.

Leg uit waarom

Wanneer je je peuter uitlegt waarom iets niet kan of mag, leert hij op den duur betere keuzes maken. Zeg bijvoorbeeld: “door onze schoenen uit te trekken wanneer we binnenkomen, houden we de vloer schoon”.

Erken de gevoelens van je kind

Wanneer je kind in de winkel iets heel graag wil hebben, zeg dan niet “nee, dat mag je niet hebben”, maar bijvoorbeeld “ik zie dat je dat speeltje graag wil hebben. Het ziet er heel leuk uit, maar we gaan het vandaag niet kopen”.

Stuur je kind de goede kant op

Woman holding a toddler on her lap while touching their chest

Stuur je kind de kant op die je wil door bijvoorbeeld te zeggen “zullen we eens kijken of we een betere manier kunnen bedenken om dat te doen?”.

Bewaar “NEE!” voor noodgevallen

In een noodgeval is een luide “NEE!” waarschijnlijk juist het meest effectief. Je kunt in zulke situaties ook woorden gebruiken zoals “STOP!” of “BLIJF STAAN!”.

Aan alle ouders: je taalgewoonten veranderen kan best een uitdaging zijn, maar oefening baart kunst. Geef jezelf de tijd. 💙

Auteur

Team Lovevery Avatar

Team Lovevery

Visit site

Geplaatst in 13 - 15 maanden, Communicatie, Problemen oplossen, Taal, Kinderontwikkeling

Blijf lezen